7 Mei 2004 - Aankomst Lima
Peru, al een jaar of 10 staat dit land op ons “verlanglijstje” om te bezoeken maar door diverse omstandigheden is het er niet eerder van gekomen. Nu is het toch echt zover. We hebben een vlucht geboekt naar Lima + de eerste overnachting geregeld en daarna gaan wij op eigen houtje met onze backpacks het zuiden van Peru verkennen. We hebben een globale reisplanning gemaakt maar in hoeverre die haalbaar is, dat zien we ter plaatse wel…
Om precies 10.45 uur vertrekt ons Delta Airlines vliegtuig uit Amsterdam. De vlucht verloopt voorspoedig en onderweg is er genoeg vermaak zoals de nieuwste film met Julia Roberts, onze reisgids, de maaltijd (pasta, mmmm) en de kleine dreumes die voor ons hoort te zitten maar die enthousiast het hele vliegtuig rondkruipt.
Na ruim 9 uur vliegen komen we enigszins vermoeid aan in Atlanta. We sjokken door de douane heen, krijgen een mooie stempel in ons paspoort en halen onze bagage op. Onze backpacks komen al vrij snel tevoorschijn, net als een douane hond die plotseling naast ons staat en die verrukt is van Jan zijn rugtas. Zou het door die krentenbollen met kaas komen???
Na een tussenstop van 2 ½ uur reizen we verder naar Lima. Na 7 uur vliegen komen we daar eindelijk aan. De lokale tijd hier is 22.15 uur maar voor ons voelt het veel later en dat is het eigenlijk ook, in Nederland is het nu 05.15 uur s’morgens. Weer gaan we door de douane-bagage-molen heen en als we eindelijk de aankomsthal binnenkomen schrikken we ons rot. Er staat een welkomst comité van ruim 50 man; ze hebben allemaal een bordje omhoog waar namen van reizigers op geschreven staan en het lijkt alsof ze een wedstrijd doen wie het hardste kan schreeuwen. Na wat zoeken ontdek ik wonder boven wonder mijn naam op een van die bordjes.
We lopen met Juan, onze vriendelijke chauffeur, mee naar buiten. Hij dropt ons bij een rotonde en gaat zijn auto ophalen die even verderop geparkeerd staat. Van alle kanten komen er mensen op ons af die vragen of we een taxi nodig hebben. "Tenemos, Tenemos" (we hebben al) dit zijn onze eerste Spaanse woorden die erg handig blijken te zijn. Binnen een paar minuten verschijnt Juan in een zeer oude bruine Opel Kadett. De auto rammelt aan alle kanten en de lichten doen het amper maar hij rijdt. Al toeterend stuiteren we via de buitenwijken van Lima naar het stadscentrum. Wij kijken onze ogen uit en schrikken van het beeld dat we zien. "Cultuurschok
De stad komt donker en dreigend op ons over; we zien huizen die meer op krotten lijken, mensen die op straat slapen en uit vuilnisbakken eten, kleine kinderen die rondhangen, zwerfdieren, en heel veel auto’s die allemaal voorrang nemen. Welkom in Lima!
Na een half uurtje komen we in hostel Espana aan. Na een lekkere warme douche duiken we ons bed in, we zijn bekaf maar het duurt toch nog even voordat we slapen….
|
|
8 Mei 2004 - Lima naar Arequipa
|
Het tijdverschil hè?! Om een uur of 4 s’ nachts zijn we alweer klaarwakker. We proberen nog wat te slapen maar dat lukt niet erg, om 7.00 uur staan we al aangekleed naast ons bed. Het is zonnig weer en de wereld (lees Lima) ziet er heel anders uit als gisterenavond toen we aankwamen.
We gaan op het terras ontbijten en verkennen daarna onze hostel; het is een koloniaal gebouw wat erg mooi ingericht is: veel Romaanse beelden, oranje muren, hangplanten, vogels en een eigen huisschildpad! ‘S middags brengt iemand van de hostel ons weer naar het vliegveld. |
Met de Peruaanse maatschappij Lan Peru vliegen we verder naar Arequipa; de “witte stad” die ruim 1000 kilometer zuidelijker ligt. Hier nemen we een taxi naar de kleine familie hostel Posado de Sancho in het centrum van Arequipa. We zijn zo moe dat we daar direct in slaap vallen….
9 Mei 2004 - Arequipa - Santa Catalina
Vanochtend zijn we om half 6 alweer uit de veren. We hebben niet zo goed geslapen. Er waren flink wat straatgeluiden vannacht. Geschreeuw, muziek en toeterende auto’s, we hoorden het zelfs door onze oordopjes heen. We lopen naar het dakterras en krijgen daar ons ontbijt wat bestaat uit witte anijsbroodjes met jam, verse vruchtensap en melk met koffie.
De vriendelijke mevrouw van de hostel vertelt ons dat er een feest was afgelopen nacht, vandaar dus die herrie. Ze verzekert ons dat het maar eenmalig was. Het is nog vroeg in de ochtend maar de zon doet al flink zijn best, het is nu al warm. We zijn de enige gasten en genieten van het zonnetje en de omgeving. We hebben uitzicht op de daken van de huizen in de stad en op 2 reuzen: de El Misti vulkaan (5822 meter) en de Chachani vulkaan (6075 meter). Een niet alledaags uitzicht…..
Rond een uur of 9 gaan we naar Santa Catalina. Dit is een klooster-complex wat in 1580 is gebouwd en waar 450 nonnen met ruim 500 bedienden woonden, totaal afgesloten van de buitenwereld. In een apart gedeelte wonen nu nog steeds nonnen. Het is een schitterend klooster.
Het bestaat uit een wirwar van straatjes, binnenplaatsen, zuilen, doorkijkjes etc. en de muren zijn geschilderd in felblauwe en oranje kleuren. Het is hier super fotogeniek en we lopen uren in de rondte.
Als we een trap oplopen merken we trouwens dat dit al iets minder vloeiend gaat als normaal. Arequipa ligt op 2380 meter hoogte en er zit hier toch iets minder zuurstof in de lucht. Alvast een goede voorbereiding voor de rest van onze reis.
|
|
Hierna is het tijd om Arequipa zelf te verkennen. Het blijkt een mooie stad te zijn met een schitterend plein; Plaza de Armas. Aan dit plein liggen een imposante witte kathedraal en diverse koloniale gebouwen, in het midden staat een witte fontein en de oude lantaarns, de bankjes, de velen duiven en diverse palmbomen maken het plaatje compleet. We ploffen neer op een van de bankjes en nemen de omgeving in ons op; er valt genoeg te zien hier! Hele Peruaanse families maken een uitstapje naar dit plein en laten hun kinderen duiven voeren.
Dat er armoede heerst wordt ons ook direct duidelijk. Het stikt hier van jonge schoenenpoetsers, oude indiaanse vrouwen en jonge meisjes die allerlei snoepgoed, duivenvoer, armbandjes van wol, tekeningen etc. proberen te verkopen. Maar we zien ook bedelaars, ‘schrijvers’ met een typemachine op schoot die wachten op opdrachten van analfabeten, fotograven met polaroid camera’s om de familie uitjes vast te leggen, verkeerspolitie en toeristenpolitie; laatstgenoemde is speciaal opgeleid om toeristen tegen criminaliteit te beschermen en hen wegwijs te maken in de stad.
|
We nemen foto’s van kleine kinderen die duiven aan het voeren zijn en al snel worden we zelf ook een attractie. Een paar pubermeiden lopen giechelend achter ons aan en nemen ons stiekem op de foto. Als we omkijken stuiven ze weg maar een paar seconden later staan ze weer achter ons. Ze willen graag met 'reus' Jan op de foto.
Voor Peruaanse begrippen is hij echt heel lang, hij steekt ruim 1 ½ kop boven de gemiddelde Peruaan uit! Een aantal mensen vragen of we met hun en hun kinderen op de foto willen. Ze zijn misschien zelf niet in de gelegenheid om te reizen, dus is dit waarschijnlijk de kans om met zo’n lange westerling te worden vereeuwigd.... |
Aan het einde van de middag verlaten we het plein, inmiddels hebben we een aardige verzameling popcorn, zuurtjes, lollies en duivenvoer opgebouwd en onze schoenen glimmen weer!
We lopen naar een internet café om het thuisfront te melden dat we heelhuids in Arequipa aangekomen zijn en om Jan zijn felicitaties in ontvangst te nemen. Vandaag is hij namelijk jarig !! Weer eens heel wat anders om zijn verjaardag hier in Peru door te brengen dan thuis in een kringetje te zitten met een gebakje…..
‘S avonds eten we een lekkere pizza in een van de restaurantjes boven het Plaza de Armas en terwijl we wat nazitten zien we opeens een hele stoet mensen naar de kathedraal lopen. We zijn nieuwsgierig en gaan er ook heen. Er vindt een doorlopende kerkdienst plaats, de mensen hier zijn behoorlijk katholiek. We lopen naar binnen en luisteren naar de preek van de dominee, helaas verstaan we er niks van. Mensen slaan met hun handen kruisjes voor hun gezicht, sommigen gaan op hun knieën zitten en mompelen een gebed, anderen brengen bloemen naar het marmeren altaar en verdwijnen weer. Het is een mooie kathedraal trouwens. Er hangt een enorme kroonluchter en er staat een gigantisch orgel wat uit België (!) blijkt te komen. We zijn de enige toeristen en het is bijzonder om hier te zijn.
Buiten aangekomen zien we allemaal groepen mensen op het plein staan. Daar is wat aan de hand! Het blijkt volksvermaak te zijn. Apen die allerlei kunstjes uitvoeren, aangeklede poedels die heen en weer worden gegooid etc. Wij vinden het erg zielig en kunnen het niet verder aanzien, de Peruanen hebben de grootste lol.
We slenteren terug naar ons hotel en ploffen uitgeput in bed. We gaan gauw slapen want morgen is het vroeg dag. We hebben namelijk een 2-daagse tocht geboekt naar de Colca Cañon.
10 Mei 2004 - Colca Cañon - Chivay
Stipt om 8.00 uur worden we opgehaald door een mini bus van Santa Catalina Tours waarmee we naar de Colca Cañon gaan. We maken kennis met onze gids Henri (die gelukkig Engels spreekt) en de rest van het gezelschap. We zijn met 13 man en de groep bestaat uit Amerikanen, Spanjaarden, Zwitserse, Canadezen, een Braziliaanse en wij. In een buitenwijk van Arequipa hebben we onze eerste stop om wat inkopen te doen voor de reis. Water en coca-snoepjes! Door die snoepjes schijn je beter tegen te hoogte te kunnen en we stoppen er direct één in onze mond. Ze zijn lekker, ze smaken naar Haagse Hopjes, die komen dus wel op!
De rit gaat weer verder. Zodra we de stad uit zijn wordt het landschap heel ruig. We hebben een prachtig uitzicht op een heuvelachtige woestenij vol stenen met diverse vulkanen op de achtergrond. Na een tijdje rijden komen we door een Vincuña reservaat. Dit is onze kennismaking met de Vincuña’s, een in het wild levende lamasoort. Ze zien er heel sierlijk uit.
Onze eerstvolgende stop is op ongeveer 4000 meter. Zodra ik de bus uit stap begint mijn hart als een gek te bonken en ik ben licht in mijn hoofd. Duidelijk last van de hoogte! Jan voelt niks, dus dat is goed.
Bij het kleine restaurantje nemen we een glas Coca thee, volgens de Peruanen het beste medicijn tegen hoogteziekte! Het smaakt naar brandnetelthee maar met een flinke schep suiker erin is het best wel lekker.
Rondom het restaurant zitten kinderen uitgedost in traditionele klederdracht naast versierde lama’s en vrouwen proberen hier hun warme Alpaca truien te verkopen. Een beetje toeristisch maar het ziet er wel leuk uit.
Na deze stop rijden we verder en het landschap wordt steeds mooier, we hebben echt het idee dat we door een film rijden. |
|
We zien opgedroogde lavastromen, vulkanen, pampa, besneeuwde bergtoppen en Alpaca’s die aan het grazen zijn.. Schitterend!
De weg wordt echter steeds slechter, het asfalt is allang verdwenen en we stuiteren alle kanten op maar dat hebben we er wel voor over. Voor we het in de gaten hebben zijn we op de hoogste pas van deze tocht. Ruim 4900 meter boven zeeniveau.
Het is hier koud en de lucht is heel ijl. Na een paar stappen zijn we al buiten adem. Het is een raar idee dat we zo hoog zitten, zelfs hoger dan de Mont Blanc, en je kan hier zomaar heenrijden zonder dat je er moeite voor hoeft te doen. Het blijft vreemd. Overal staan trouwens torens van opgestapelde stenen. Het schijnt te worden gedaan door de locale bevolking om de goden te eren.
De afdaling wordt ingezet en uiteindelijk rijden we het dorpje Chivay binnen, wat op een hoogte van +/- 3800 meter ligt. Hier gaan we met zijn allen eten en daarna slenteren Jan en ik wat door het dorp heen. Het begint donker te worden en het is behoorlijk koud. We lopen over de markt . Mensen verkopen fruit, groenten, vlees, kruiden en warme truien van lama wol! Binnen een paar minuten hebben we er elk een gekocht, nu hebben we het lekker warm en dat voor slechts 9 dollar!
‘S avonds gaan we met een paar mensen van onze groep badderen in de thermale bronnen in de buurt. Het water is ongeveer 40 graden, zalig! Hierna hebben Jan en ik behoorlijk trek gekregen maar het is al laat en als we in onze hostel aankomen in Chivay is de eigenaar zo aardig om voor ons te gaan koken terwijl zijn restaurant eigenlijk al gesloten is. We krijgen rijst, groenten, patat en jawel, een echte Alpacasteak!!
11 Mei 2004 - Colca Cañon - Condors
Vroeg op vandaag. Om kwart voor 5 worden we al gewekt. Deze keer hebben we geslapen als roosjes. Waarschijnlijk komt dat door de kou. Het heeft namelijk gevroren vannacht en we hebben geen verwarming in onze hotelkamer maar gelukkig wel een hoop warme dekens op ons bed. Om kwart voor 6 komt de bus ons weer ophalen.
|
We rijden verder naar het dorpje Ponchollo. Hier mogen we een half uur de bus uit want de chauffeur gaat de anderen van onze groep ophalen bij hun hotelletjes. Alhoewel het nog vroeg is, is het een drukte van belang in het kleine dorpje.
Er staat een grote speaker voor de kerk en jongens en meisjes zijn aan het dansen op de muziek, ze dragen schitterende kleding en geborduurde hoedjes, erg leuk om naar te kijken.
Als de groep weer compleet is rijden we verder.
|
We komen door kleine dorpjes, langs steile afgronden en schitterende Inca terrassen. We zien mensen die op het land aan het werk zijn, bepakte ezels, lamakuddes en mensen in klederdracht. We kijken onze ogen uit. Onze tocht eindigt bij Cruz del Condor. Dè plek om condors te zien volgens onze reisgids. De cañon hier is erg indrukwekkend want we kijken een paar kilometer steil naar beneden.
Alleen de condors zijn er nog niet. We wachten en we wachten en na ongeveer een half uurtje komt de eerste te voorschijn. Iedereen is in verrukking. Hij vliegt laag in de cañon.
Op de thermiek laat hij zich naar boven zweven en uiteindelijk zien we 9 condors boven onze hoofden rondcirkelen. Deze vogels hebben een vleugel spanwijdte van maar liefst 4 meter en enorme klauwen. Daarbij vergeleken voel je je maar een klein mensje…
De condors verdwijnen weer en wij gaan een wandeling maken bij de cañon. We hebben schitterend uitzicht op de kloof en zien diverse reuzencactussen.
|
|
Als we moeten klimmen begint mijn hart als een gek te bonken. Weer die hoogte….zelfs Jan voelt het deze keer!
Na de wandeling rijden we weer richting Chivay. Onderweg stoppen we nog bij Inca terrassen en een klein dorpje waar de mooiste kerk uit de Cañon moet staan. Hij is alleen een beetje verstopt onder een zeil want een aardbeving heeft hem voor een groot gedeelte verwoest. De inwoners van het dorpje zijn nu druk bezig om de kerk en de beelden te restaureren.
Rond 12.00 uur zijn we terug in Chivay waar we gaan lunchen (weer Alpacasteak mmmm)
en daarna rijden we terug naar Arequipa. Het einde van een geweldige tocht naar de Colca Cañon.
12 Mei 2004 - Arequipa - Juanita
foto:José Antonio Chavez
Vandaag hebben we besloten om een rustdag te houden in Arequipa. Voornamelijk om onze lichamen weer wat bij te laten komen van de intensieve Colca Cañon tocht. We luieren wat op ons dakterras en op het Plaza de Armas en verder brengen we nog een bezoekje aan het museum Santuario Andino, waar we een privé rondleiding krijgen in het Engels.
Hier zien we de mummie Juanita. Juanita was een jong meisje van +/- 14 jaar die in de 14e eeuw door de Inca’s werd geofferd aan de vulkaan Ampato (6380 meter) om de "vulkaangod" gunstig te stemmen. Ze is pas in 1995 gevonden en ze is nog in zeer goede staat. Het vlees van haar armen is nog rood en haar nagels zien er perfect uit. Ze wordt hier bewaard in een soort glazen aquarium waar een temperatuur heerst van –20 graden Celsius.
‘S avonds zitten we op ons dakterras als we in ene een hoop herrie horen. We denken aan een demonstratie maar het blijkt een soort carnavalsoptocht te zijn. We gaan gauw naar buiten en lopen met de hossende menigte mee. Mensen zijn verkleed in kleurige outfits en kinderen zitten op versierde “praalwagens”. Ze strooien snoepgoed in de rondte en sommigen rennen naar ons toe om ons “cadeautjes” te geven zoals beeldjes, zuurtjes, haarspeldjes, folders en een kalender. Tegenstrijdig als je bedenkt dat kinderen van dezelfde leeftijd hier en daar deze spulletjes aan je proberen te verkopen…
13 Mei 2004 - Van Arequipa naar Puno
Na een hartelijk afscheid van onze gastvrouw van hostel Posado de Sancho stappen we in een taxi die ons een paar kilometer buiten Arequipa dropt bij busterminal “Terrestre”. Vandaag reizen we verder naar de stad Puno bij het Titicacameer. De buskaartjes hebben we een paar dagen geleden al geregeld, we moeten nu alleen nog een tax betalen van $ 0.50. Tot onze opluchting zien we onze Sur Oriente al bus snel staan en kunnen we onze loodzware backpacks in het bagageruim onder de bus kwijt. Dat scheelt een hoop gewicht want we voelen ons net 2 schildpadden.
Onze aandacht wordt afgeleid door een schel gepiep. Jan kijkt al verwonderd omhoog maar kan geen vogels ontdekken. Vreemd…. Dan valt onze blik op een “toren” van opgestapelde dozen met gaten daarin en de inhoud beweegt. Het blijken allemaal cavia’s te zijn. Gebakken cavia is een culinair gerecht hier in Peru, vandaar. Ze staan in de brandende zon te bakken, arme beestjes, als ze hier langer blijven staan kan je ze in de loop van de dag zo op eten en hoef je ze niet meer in de pan te stoppen!
We hebben een plekje bovenin de bus, helemaal vooraan bij het grote raam. Het is warm en inmiddels is het 08.45 uur, tijd om te vertrekken maar er gebeurt nog niks. We wachten en we wachten en verwonderen ons om de hoeveelheid mensen die nog aan komen lopen en ook met onze bus meegaan. Ze zeulen van alles met zich mee aan bagage, onze backpacks zijn er niks bij! Eindelijk zet de bus zich in beweging, 3 kwartier te laat, maar ja… we zijn in Zuid Amerika, wat hadden we dan verwacht ?
De reis naar Puno duurt ongeveer 5 ½ uur en onderweg genieten we van het mooie uitzicht. We zien het vulkanische landschap langzaam veranderen in de Altiplano, de hoogvlakte van Peru. Ruige bergen met besneeuwde toppen en uitgestrekte droge pampa vlakten wisselen elkaar af.
We komen diverse herders met lama kuddes tegen, zien flamingo’s bij het meer en we rijden bijna een Alpaca omver die op de weg staat en die alleen maar stomverbaasd naar onze bus staat te kijken en geen stap opzij doet.
|
|
Hier op de Altiplano wonen ruim een miljoen campesinos (boeren) waarvan de meesten onder armoedige omstandigheden op hoogten van 2800 tot 4500 meter moeten zien te overleven. Ze wonen in bruine adobe hutjes met daken van stro en golfplaat. Ze verbouwen voornamelijk aardappelen en andere landbouwproducten maar dit levert nauwelijks genoeg op om van te leven. Ze hebben een hard bestaan……
Onze rit eindigt bij de busterminal van Puno. We zijn nog maar net uitgestapt of we worden van alle kanten belaagd door Peruanen die allemaal een taxi hebben en ons allemaal naar hun superhotel willen brengen. Een van de mannen heeft het over hostel Don Julio en aangezien we een goede recensie hiervan hebben gelezen in de Lonely Planet besluiten we om met hem mee te gaan. We stappen in zijn taxi en vrijwel direct stapt er uit het niets nog een andere man in. Jan springt met dezelfde vaart weer uit de taxi en zijn ogen spugen vuur. Als ze ergens voor waarschuwen is het wel dat je niet met een taxi moet meegaan als er meerdere personen in zitten, het aantal berovingen op deze manier is in Peru de laatste jaren dramatisch gestegen. De andere man snapt de hint en verdwijnt snel.
|
Binnen 10 minuten komen we aan in onze hostel in het centrum van Puno. Het ziet er goed uit en we worden hier hartelijk ontvangen en terwijl we wat informatie inwinnen over de omgeving zie ik aan de muur een foto hangen van een Peruaan met een wel heel bekend gezicht, juist ja, de man die Jan uit de taxi heeft gestuurd…..
We gaan de stad verkennen en terwijl we rond lopen, happen we naar adem, onze benen voelen loodzwaar aan en we zijn zelfs een beetje duizelig. Puno ligt op 3828 meter hoogte en daar hebben we nu duidelijk last van. We hebben coca thee nodig! We gaan het eerste restaurantje in wat we tegen komen en bestellen een flinke mok thee met een hamburger.
Het duurt een eeuwigheid voordat we onze bestelling krijgen. Als Jan ook nog naar ketchup en mayonaise vraagt kijkt het vriendelijke meisje ons zeer bedenkelijk aan. No Problemo, ze gaat het voor ons regelen. Tot onze verbazing loopt ze het restaurant uit om 5 minuten later triomfantelijk weer terug te keren met de gewenste sauzen. Geen idee waar ze die vandaan heeft gehaald maar het smaakt erg lekker….
Weer terug in ons hotel hebben we onze eerste kennismaking met een elektrische douche. Jan is proefkonijn vandaag. Hij zet de schakelaar om, gaat eronder staan en het water wordt warm, de douche begint te knetteren en daarna wordt het water kokend heet! Zo heet dat hij er niet meer onder kan staan. Hierna ben ik aan de beurt en heb het geluk dat het water nu ijskoud is en dat blijft het ook. Ik geef het op, het kan me weinig schelen, ik ben moe en wil maar 1 ding en dat is lekker slapen…..
|
14 Mei 2004 - Titicaca, Eilanden Uros & Taquile
En dat lekker slapen is gelukt. Waarschijnlijk door de kou want het heeft 5 graden gevroren vannacht en zonder verwarming was het best wel fris in onze hotelkamer. Het is nog vroeg, 06.30 uur en we krijgen een stevig ontbijt bestaande uit 2 witte anijsbroodjes met roerei, koffie en een vruchtensap. Normaal gesproken krijg ik geen hap door mijn keel op dit tijdstip maar nu smaakt het goed. Na het ontbijt rijden we met een minibusje naar de haven van Puno, we gaan een boottocht maken op het Titicacameer; met zijn 3822 meter boven zeeniveau het hoogst bevaarbare meer ter wereld.
Onze gids voor vandaag is Bruno (nee jongens, geen Puno!). Hij heeft een droog gevoel voor humor en spreekt nog Engels ook! We zitten in een klein motorbootje en onze groep bestaat uit ongeveer 15 man. Terwijl we allemaal een mooi oranje zwemvest omkrijgen vertelt Bruno het een en ander over het Titicacameer en de omgeving.
Hierna gaan Jan en ik direct het dek op, lekker de buitenlucht in. Tot onze verbazing zijn we de enigen die hier staan, de rest vindt het blijkbaar te koud en blijft liever de diesel lucht opsnuiven in de benedencabine.
Na +/- 30 minuten varen komen we aan bij de Uro’s eilanden. Dit zijn 80 drijvende eilandjes gemaakt van riet waar ongeveer 250 indianen wonen zonder dat ze de beschikking hebben over elektriciteit en stromend water. Een paar van deze eilanden zijn opengesteld voor toeristen en die gaan wij nu bekijken. |
Jan zo rood als een kreeft
foto:Carmen Rueda (thanks!!) |
Het is een aparte gewaarwording om over het bewegende riet te lopen en donkere plekken moet je ontwijken want anders heb je de kans om er door heen te zakken. De Uro’s indianen maken ook bijzonder fotogenieke bootjes, balsas genaamd.
|
Ze zijn vervaardigd uit hetzelfde riet als de eilanden en sommigen hebben een soort drakenkop. We mogen meevaren met zo’n balsas boot naar het volgende eiland en die kans laat ik niet voorbijgaan. Jan gaat echter niet mee, die is veel te bang dat de boot omkiepert en onze camera’s naar de bodem van het meer verdwijnen.
De bootjes blijken behoorlijk stabiel te zijn en een indiaan roeit ons geruisloos naar de overkant. Deze eilanden zijn wel erg toeristisch maar ondanks dat krijgen we zo wel een aardig idee van de leefomstandigheden van deze indianen. |
Hiervandaan is het ruim 2 ½ uur varen naar het volgende eiland, Taquile, en in tegenstelling tot de Uro’s eilanden is dit een echt “vast” eiland. Er zijn hier geen wegen; het centrum van het eiland is alleen te voet bereikbaar. Het is een mooie maar adembenemende wandeling (letterlijk en figuurlijk want we zitten hier op ruim 4000 meter hoogte) en we hebben schitterend zicht op het Titicacameer en de besneeuwde bergtoppen van Bolivia. Wat hier trouwens gelijk opvalt is de aparte kleding van de eilandbewoners. De mannen dragen lange mutsen, donkere broeken en overhemden met pofmouwen. De vrouwen hebben felgekleurde rokken aan en dragen een zwart kapje op hun hoofd. Wat ook typisch is; de mannen breien op Taquile en dat doen ze echt overal!
Dan is het tijd voor de lunch die we nuttigen in de “tuin” van een paar eilandbewoners.
Ons voorgerecht is Sopa a la criolla, een typisch Peruaans vermicellisoep bestaande uit rundvlees en diverse soorten groenten. Als hoofdgerecht krijgen we een omelet met papas fritas. Dat gaat er wel even in. Na de lunch wandelen we via 500 traptreden (!) weer terug naar de boot. Daar ontmoeten we tot onze verbazing Carmen & Enrique; een Spaans stelletje dat we hebben leren kennen tijdens de Colca Cañon tocht. Het weerzien is leuk en op het dek kletsen we honderd uit, gezelligheid kent geen tijd, dat blijkt wel weer want plotseling zijn we al in Puno terwijl we nog lang niet uitgepraat zijn. Daarom besluiten we om ‘s avonds met zijn vieren uit eten te gaan; een gezellige afsluiting van een mooie dag!
15 Mei 2004 - Sillustani
Circa 40 kilometer vanaf Puno ligt het archeologische terrein Sillustani (op ruim 4000 meter hoogte) en dat gaan wij vandaag bezoeken. Hier staan een aantal graftorens die Chulpa’s worden genoemd. Ze zijn gebouwd door de Colla’s, een stam die voor de Inca’s rond het Titicacameer leefden. Ze staan op een rotsachtig schiereiland in het Umayo meer en de omgeving hier is schitterend. Lama’s staan vredig te grazen en de graftorens stralen iets mysterieus uit.
Hierna mogen we binnenkijken bij een boerenhuis op de Altiplano. Als ik door het eenvoudige onderkomen loop heb ik het idee alsof ik in een openluchtmuseum ben beland. De mensen hier hebben geen verwarming, geen stromend water, de wc is buiten en bestaat uit een gat in de grond. Ze koken op vuur, verbouwen diverse aardappelen en maïs en de lama is hun kostbaarste bezit. Ik denk aan ons luxe huis in Nederland en heb grote bewondering voor deze mensen hier……
Met de bus rijden we weer terug naar Puno en Jan zit naast me te rillen. Hij heeft het koud terwijl hij is ingepakt als een eskimo en zijn hoofd gloeiend heet is. Verder heeft hij krampjes in zijn buik. |
|
Foute boel! Toch iets verkeerds gegeten? Zodra we in ons hotel zijn heeft Jan sterke behoefte aan een warme douche maar die van ons geeft nog steeds alleen ijskoud water. We halen de mevrouw van de receptie erbij die ons ongelovig aankijkt maar gelijk met ons mee komt om de douche te proberen. Ja, inderdaad, koud water. Dat zeiden we al.
Ze haalt haar dochter erbij die tot dezelfde conclusie komt. Tsja, wat nu? De dochter komt terug met een stok en begint tegen de douchekop aan te slaan. Dit heeft natuurlijk weinig zin….. Meer en meer mensen gaan zich met onze douche bemoeien. Het binnenplaatsje van de hostel staat vol en iedereen heeft wijze adviezen. En warempel, na 3 kwartier hebben we warm water en kan Jan eindelijk een redelijk warme douche nemen, al blijft het behelpen met zo'n electrische douche.
Even later wordt er op onze deur geklopt en krijgen we 2 mokken dampende thee aangeboden van het huis, om de ellende wat te verzachten. Dat is toch wel erg lief….
16 Mei 2004 - Van Puno naar Cusco
We hebben besloten om vandaag verder te reizen naar Cusco. De stad Puno is niet veel aan. Jan voelt zich hier niet zo op zijn gemak, volgens hem hangt er een “apart ondefinieerbaar ” sfeertje in de lucht, een beetje dreigend. Later in onze vakantie blijkt dat hij toch wel gelijk heeft. We spreken diverse mensen die in Puno beroofd zijn, 1 stelletje zelfs met geweld. Ze zijn ‘s morgens vroeg voor hun hotel door 4 mannen aangevallen; ze werden bij de keel gegrepen en buiten bewustzijn gebracht en tegelijkertijd werden al hun spullen gestolen; weg geld, weg bankpas, weg creditcard! Een nare ervaring die ons gelukkig bespaard is gebleven……
Jan voelt zich vandaag een stuk beter en om 7.45 uur beginnen we aan de busrit van ruim 7 uur naar Cusco. We gaan gelijk weer vooraan in de bus zitten bij het grote raam maar even later staan er een paar Fransen naast ons die ons plekje opeisen. Helaas hebben ze gelijk, deze zitplaatsen staan toch echt op hun kaartje vermeldt. Met tegenzin verhuizen we naar de stoelen er achter. Genoeg beenruimte maar wel minder uitzicht. Tot onze grote verbazing doen de Fransen voor ons de gordijnen dicht en gaan slapen en dat hebben ze de hele weg gedaan. Niet te geloven, wat doen die mensen hier?? Wij kijken continue naar buiten en genieten van het schitterende uitzicht!!
Zodra de bus stopt in een stad of dorpje komen de mensen als een bijenzwerm op de bus af en proberen van alles en nog wat te verkopen; ijs, fruit, water, vlees, truien, je kan het zo gek niet bedenken en ze doen nog eens goede zaken ook!
|
De ruige Altiplano gaat over in een liefelijke omgeving. We zien weer bomen, veel groen gras, heel veel bergen en huisjes met rode daken.
We zijn blij als we eindelijk in Cusco aankomen alhoewel de rit snel voorbij is gegaan; we hebben gezellig zitten kletsen met een Nederlands meisje. We kiezen een hostel uit de Lonely Planet in een doodlopend straatje en laten ons daar afzetten door een taxi. Helaas is deze hostel vol dus dan maar die ernaast.
We hebben de mazzel dat deze hostel tegelijkertijd een restaurant is waar ze pizza’s verkopen. Die moeten we natuurlijk gelijk uitproberen. De pizza is vrij goed, we schrikken alleen van de prijs die voor Peruaanse begrippen buitensporig hoog is. |
De mensen hier in het hotel zijn niet zo vriendelijk en ’s nachts doen we geen oog dicht van de herrie. Veel geschreeuw en deuren die dichtgegooid worden, De buikpijntjes van Jan zijn gelukkig verdwenen, maar helaas is daarbij een volgend stadium aangebroken... diaree, de stakker is daarbij met grote regelmaat op de wc te vinden....
17 Mei 2004 - Cusco - Inca Museum
Het eerste wat we vanochtend doen is een ander hostel zoeken. Dat lukt al snel want we schuiven gewoon weer een plaatsje op. Dat is het voordeel van Cusco, het is een toeristische stad met veel mogelijkheden. Met Jan zijn buik lijkt het weer wat beter te gaan. Voor de zekerheid doen we het in ieder geval rustig aan vandaag en we gaan Cusco bekijken.
Het is een mooie drukke stad met een groot plein (alweer een Plaza D’armas), een grote kathedraal, veel kerken, smalle straatjes met oude inca stenen en gezellige winkeltjes, restaurantjes en natuurlijk veel Travel Agencies.
Een van die Agencies stappen we binnen om alvast te boeken voor de Inca Trail die we willen gaan lopen In Puno werd ons namelijk verteld dat er een wachttijd is van ongeveer 4 dagen.
Tot onze schrik horen we dat de Incatrail de komende weken helemaal volgeboekt is; 5 Juni hebben ze pas weer plek. De regering heeft de regels aangepast en er mogen nu “slechts” 500 man per dag vertrekken inclusief de gidsen, dragers, koks etc. Dit is wel even een teleurstelling voor ons. We proberen het bij nog wat andere Agencies maar ze vertellen ons allemaal hetzelfde. Dat is dikke pech! Er is wel een alternatieve hikingtocht maar we twijfelen of we die zullen boeken. Hij gaat over hele hoge bergpassen heen en we zijn nog niet genoeg geacclimatiseerd. We besluiten om er nog maar even over na te denken….
We bezoeken het Inca Museum wat best wel interessant is. Ze hebben veel gevonden bij opgravingen zoals aardewerk, sieraden, beeldjes, wapens, kleding etc. en dat wordt hier allemaal tentoongesteld. Verder is er nog een reconstructie van hoe de Inca’s waarschijnlijk hebben geleefd. Hierna gaan we nog naar het kunstmuseum en daarna zijn we het zat; genoeg musea voor vandaag! De rest van de dag hangen we wat rond op het plein en ’s avonds gaan we een hapje eten bij de Chinees.
|
|
18 Mei 2004 - Sacred Valley of the Inca's
Vandaag gaan we mee met een excursie naar de Sacred Valley; het heilige dal van de Inca’s. De Inca’s noemden dit dal zo omdat het alles te bieden heeft: het is de beste plek om te verbouwen want er heerst een goed klimaat, er is voldoende water, er zijn zoutpannen en warmwaterbronnen.Via een schitterende route rijden we naar het dorpje Pisac. Op dinsdag, donderdag en zondag is hier een grote markt en heel toevallig is het vandaag dinsdag dus we hebben mazzel!
Enthousiast stappen we de bus uit en onze gids roept ons na dat we over 30 minuten weer terug moeten zijn omdat de excursie dan weer verder gaat. Het is een leuke markt. Een gedeelte is speciaal op de toeristen gericht en daar verkopen ze veel souvenirs zoals kleding, sieraden, beeldjes etc. maar op het hoofdplein is de echte markt. Indigenas zitten op de grond en verkopen aardappelen, fruit, groenten, vlees en vis.
Hier kan ik uren rondhangen alleen dat is niet mogelijk want we hebben nog maar 10 minuten en we moeten nu toch echt terug naar de bus als we nog meewillen met de rest van de excursie. Jan en ik balen en weten nu weer waarom we nooit meegaan met groepsreizen, alles is strak georganiseerd, je wordt geleefd en je zoeft met een rotvaart overal voorbij. We beloven elkaar plechtig dat we hier nog wel terug komen deze vakantie om de markt “over te doen”.
|
Hierna rijdt de bus ons naar de 400 meter hoger gelegen Inca ruines van Pisac. Hier maken we een wandeling van ruim 1 ½ uur. De omgeving is schitterend. Overal om ons heen zien we hoge bergen, velen Inca terrassen en de ruines zelf zijn imposant. Er zijn restanten van paleizen, tempels, opslagplaatsen, wegen, paden, muren, en ook talrijke huizen.
Verder is hier ook de grootste Inca begraafplaats van Peru, in de rotsen zitten grote gaten en hier hebben de Inca’s ruim 2000 mummies begraven in speciale tombes.
|
Na dit bezoek gaan we lunchen in een restaurant in Urubamba en daarna vervolgen we onze weg naar Ollantaytambo. Dit is een klein dorpje met smalle straatjes aan de voet van, je raadt het al, nog meer Inca ruines. Tot onze verrassing lopen we hier de Spanjaarden Carmen & Enrique weer tegen het lijf. Deze keer hebben we geen tijd om bij te kletsen want onze gids is al bijna uit het zicht verdwenen, hij heeft vandaag geen zin in een gezellige rendez-vous!
Carmen & Enrique geven ons nog wel snel de naam van hun hotel in Agua Caliente door want morgen vertrekken ze naar Machu Picchu. Wie weet ontmoeten we elkaar daar nog wel….
De ruines hier in Ollantaytambo zijn ook de moeite waard. Ze bestaan uit hele grote rotsblokken die naadloos in elkaar passen. Je vraagt je toch echt af hoe die Inca’s dat voor elkaar hebben gekregen! Veel tijd om hierover na te denken hebben we niet want we hebben de grootste moeite om onze gids niet kwijt te raken, hij heeft echt haast!
Als laatste gaan we naar Chinchero, een dorpje op ruim 3760 meter hoogte. Hier bekijken we een mooie kerk die gebouwd is op oude Inca fundamenten en ook nog een klein marktje.
Dan wordt het donker en de bus vertrekt weer richting Cusco. Ondanks dat alles in sneltreinvaart ging hebben we genoten van dat wat we vandaag gezien hebben…. |
|
19 Mei 2004 - Van Cusco naar Agua Caliente
Na heel wat wikken en wegen nemen we vanochtend het besluit om toch maar geen zware meerdaagse hiking tocht te maken. Begrijp ons niet verkeerd; het zal een geweldige ervaring zijn in een schitterende omgeving maar het moet wel leuk blijven, tenslotte hebben we vakantie. De trektocht gaat over bergpassen heen van ruim 4700 meter hoogte en 1 dag zouden we 7 uur lang alleen maar aan het stijgen zijn. Ik denk terug aan gisteren en hoe ik naar adem zat te snakken tijdens de beklimming van de trappen bij de ruines van Pisac en Ollantaytambo. Dat was maar een inspanning van een uurtje op “slechts” 3700 meter hoogte en dat ging niet van harte. Nee, ik denk dat dit een heel wijs besluit is van ons….
|
Maar we willen hoe dan ook naar Machu Picchu. Travel Agencies hier in Cusco bieden dure 1-of meerdaagse excursies aan maar dat lijkt ons niks. Na gisteren hebben we onze buik vol van georganiseerde tochten, wij gaan lekker op eigen houtje. Tsja, wanneer zullen we dan vertrekken? we kijken elkaar aan en denken hetzelfde, waarom niet vandaag ?
En zo geschiedt het. We laten onze zware backpacks achter in onze hostel in Cusco en nemen alleen onze dagrugzakken mee met de hoognodige spullen.
We willen de bus nemen naar Ollantaytambo en daarvandaan met de trein naar Agua Caliente gaan. We lopen richting de busterminal en als we een stilstaande taxi passeren vraagt een stem waar we naar toe willen.
|
Voor we het weten zitten we in de taxi naast een aardige knul die ons in een uurtje naar Ollantaytambo brengt en dat voor slechts 30 Sol. Dit scheelt ons weer een hoop gehobbel in de lokale bus en duur is het niet.
Rond 2 uur ’s middags komen we in Ollantaytambo aan. Volgens onze Lonely Planet gaat de eerstvolgende trein naar Agua Caliente pas om 19.00 uur vanavond dus we moeten ons hier zien te vermaken. Dat is geen straf want nu kunnen we Ollantaytambo op ons gemak verkennen, gisteren kwamen we namelijk niet verder dan de ruines. En het is erg rustig vandaag. De bussen vol toeristen arriveren pas aan het einde van de middag.
Wij bezoeken de markt op het centrale plein, lopen door de smalle, stoffige straatjes heen en vriendelijke mensen zeggen ons gedag. Kleine kinderen kijken ons met grote, nieuwsgierige ogen aan. Waarschijnlijk lopen hier niet vaak van die rare ‘gringo’s. We hebben nog “toverpotloden” in onze rugzak zitten en die delen we hier uit. Het nieuwtje verspreidt zich snel want voor we het weten staan er allemaal kleine kinderen om ons heen. De potloden zijn op en de kinderen verdwijnen weer.
We besluiten om vast richting station te lopen zodat we straks in het donker de weg kunnen vinden en alvast weten waar we moeten zijn om kaartjes te kopen. In een kwartiertje zijn we er al en tot onze verbazing is het loket geopend en er blijkt over 5 minuten een trein te vertrekken naar Agua Caliente. Dat is mazzel hebben! Als we de prijs horen schrikken we ons een hoedje. $ 35,00 per persoon; dat is echt duur voor Peruaanse begrippen, de trein die vanavond vertrekt is meer dan de helft goedkoper. Maar ja, nu we weten dat er een trein gaat willen we mee ook. En daar hebben we geen spijt van. Naast 2 toeristen en het treinpersoneel zijn Jan en ik de enige passagiers, heerlijk rustig! De rit duurt ongeveer 2 uur en het uitzicht is spectaculair. We volgen de wildstromende Urubamba rivier en worden omringd door hoge groene bergen. Dat hadden we allemaal moeten missen als we in het donker hadden gereisd!
Onderweg zien we ook de vegetatie veranderen en dat kan wel kloppen want we zijn nu in het nevelwoud van Peru. Varens, hangplanten en reuzen yucca’s komen in beeld en in een van de bomen ontdekt Jan zelfs een bontgekleurde papagaai. Als we uitstappen bij het station van Agua Caliente worden we overvallen door een vochtige beklemmende hitte en binnen een paar minuten zijn we al drijfnat; het lijkt alsof we hier in de Burgers Bush rondlopen. Alleen in het echt…..
Agua Caliente is een echt gringo dorp. Het bestaat uit hotels, restaurantjes, cafés en winkeltjes en het wordt omringd door hoge grote groene bergen . We gaan op zoek naar een onderkomen voor vannacht. Het eerste hotel wat we binnenstappen is erg duur, $ 75,00 voor een nacht en we willen nog wat andere hotels bekijken. De jongen die hier werkt weet er nog wel een paar en hij loopt vrolijk met ons mee. Hij komt uit Lima, vertelt hij, en werkt hier nu. Iedereen ziet hem voor een toerist aan wat hij niet leuk vindt. Hij kletst honderduit en loodst ons ondertussen hotel in, hotel uit. Jan en ik zijn kieskeurig vandaag. Het ene hotel is te duur, het andere te klein, de volgende heeft geen warm water en zo gaat het nog even door. We worden er moe van en besluiten om maar met onze “gids” mee terug te gaan naar zijn hotel. Jan krijgt $ 15,00 van de prijs af en iedereen is tevreden. We mogen onszelf wel een keer verwennen, toch?!
Plotseling schiet het ons te binnen dat Carmen & Enrique ook in Agua Caliente zitten.
We lopen naar hun hotel en net als we de receptioniste proberen uit te leggen naar wie we op zoek zijn komen onze Spaanse vrienden binnenwandelen. Het is een enthousiast weerzien en we gaan met zijn vieren een hapje eten. Hier spreken we af dat we morgenochtend vroeg samen naar Machu Picchu gaan lopen om de zon op te zien komen. Rond een uur of 10 maken we een eind aan de gezelligheid, tijd om te gaan slapen anders komen we morgen ons bed niet uit. Als Jan en ik weer in onze hotelkamer aankomen schiet ik in de lach.
Er staat een vaas met bloemen, er staan kaarsjes op ons nachtkastje (bij gebrek aan een leeslampje), onze bedden zijn mooi opgemaakt, er ligt een bonbon op ons kussen, we hebben wat te drinken en onze kleding is keurig netjes opgevouwen tot mijn onderbroeken aan toe! Dit is wel heel erg luxe…..
20 Mei 2004 - Machu Picchu
Stipt half 4 gaat de wekker. Oej, dat is wel heel erg vroeg. Na een machtig ontbijt (ei met kaas) halen we om 4.30 uur Carmen & Enrique op bij hun hotel en we gaan op pad naar Machu Picchu. Het is pikdonker en gelukkig hebben de heren een zaklantaarn meegenomen.
Het heeft wel iets avontuurlijks om hier zo te lopen en we worden een beetje melig.
Iedere keer denken we dat we iets zien of dat er iemand staat maar we houden onszelf voor de gek. We zijn de enigen die hier nu zijn , verder zien we niemand. Het eerste stuk gaat over een grintweg maar daarna moeten we al gauw klauteren. We lopen over een incapad heen en klimmen via honderden ongelijke traptreden naar boven. Echt heel vermoeiend. Onderweg stoppen we vaak en hier ontmoeten we meer hijgende mensen. Je moet er wat voor over hebben!
|
Na anderhalf uur lopen komen we dodelijk vermoeid boven bij het ruïnecomplex aan. Dit voelt als een echte incatrail, ik zou dit niet nog een paar dagen vol kunnen houden!
Het is nog schemerig en Machu Picchu is in nevelen gehuld maar langzaam aan trekt de mist weg. Grote majestueuze groene bergen komen tevoorschijn en plotseling zien we een eerste glimp van Machu Picchu. Wat is dit ongelofelijk mooi. Ik word emotioneel en moet zelfs een traantje wegpinken.
|
Hier staan we dan. Al jaren kijk ik naar foto’s van deze mysterieuze ruines en ik had mezelf voorgenomen dat ik dat ooit met eigen ogen zou aanschouwen. En nu is het dan zover. We gaan zitten en zien hoe de eerste zonnenstralen Machu Picchu verlichten, iedereen is er stil van. Ik heb zoveel plaatjes van dit complex gezien maar het is zoveel mooier als je hier daadwerkelijk bent. Je ziet het, ruikt het, voelt het…..geweldig!
Na een paar uur rukken we onszelf los van dit uitzichtpunt en we gaan naar beneden om de verloren stad van dichtbij te bekijken. Je kunt hier echt heel lang ronddolen. We besluiten om met zijn zessen (Carmen & Enrique, wij en nog een ander Spaans stelletje wat we ontmoeten) de 2700 meter hoge berg Huayna Picchu te beklimmen. Om veiligheids redenen moeten we ons bij de controlepost registreren en dan mogen we naar boven. De beklimming naar de top is wederom erg zwaar (joepie, nog meer incatreden!) en na een uurtje komen we vermoeid op de top aan. Maar het klimmen is de moeite waard, het uitzicht is magnifiek. We kijken neer op Machu Picchu, de rivier Urubamba , de slingerweg van Agua Caliente naar Machu Picchu en als we goed kijken zien we zelfs de spoorlijn lopen!
We gaan weer naar beneden en inmiddels hebben we dorst gekregen. Er is een klein restaurantje even buiten het complex en daar trakteren we onszelf op een welverdiend ijskoud Cusquener biertje. Dat gaat er wel in! Hier nemen we afscheid van Carmen & Enrique. Ze moeten aan het einde van de middag weer met de trein terug naar Cusco.
Na zo’n bijzondere dag voelt het raar om afscheid te nemen. We beloven om contact te houden en ze nodigen ons uit om in het najaar een weekje bij hun te logeren in Spanje. Dat gaan we zeker doen!
Jan en ik blijven hier nog een tijdje rondhangen. We zoeken een mooi plekje uit en genieten van het uitzicht op Machu Picchu en lezen wat over het complex in onze reisgids.
|
|
Het is nu 16.00 uur en er zijn bijna geen toeristen meer, heerlijk. In alle rust lopen we beneden nog wat in de rondte en plotseling ontdekt Jan een soort reuzen chinchilla’s, echt een grappig beest(je).
Uiteindelijk nemen we de bus terug naar Agua Caliente en na een warme douche gaan we een hapje eten in het dorp. We zijn dodelijk vermoeid en willen maar 1 ding; naar bed.
Dat kan nog niet want we moeten eerst treinkaartjes kopen voor morgen en we dwingen onszelf om naar het stationnetje te lopen. Als we eindelijk bij het loket aankomen krijgen we te horen dat we nu geen kaartje kunnen kopen, morgenochtend zijn we de eersten. We vragen of het mogelijk is om ze te reserveren maar de beambte is onvermurwbaar. De eerste trein vertrekt om 08.45 uur en als we zeker willen zijn van een kaartje moeten we die morgen om 7.00 uur hier ophalen. Vol is vol. Zucht……
21 Mei 2004 - Van Agua Caliente naar Cusco
Ondanks de grote vermoeidheid slaap ik erg slecht vannacht. Ik ben vaak wakker, heb hoofdpijn, keelpijn en warme en koude rillingen. Jan daarentegen ligt als een prinsje te snurken. Om 6.00 uur staan we op en na het ontbijt lopen we naar het stationnetje van Agua Caliente. Stipt 7.00 uur zijn we daar maar het loket is nog dicht. Er komen steeds meer toeristen aan en we wachten en we wachten maar er gebeurt niks. Om kwart over 8 verschijnt de lokettist eindelijk, hij heeft zich verslapen …..
We weten een kaartje te bemachtigen en de trein brengt ons naar Ollantaytambo. Vanaf hier delen we met 2 Amerikaanse jongens een taxi terug naar Cusco. In de taxi voel ik me al ellendig en in Cusco zet het door. Ik krijg diaree, moet overgeven, heb stekende buikpijn en ik heb het ijskoud. De rest van de dag breng ik in bed èn boven de wc pot door. Ik voel me een zielig hoopje en wens dat ik in mijn eigen bedje in Nederland lig…..
22 Mei 2004 - Cusco
Vandaag gaat het nog niet veel beter. Nog steeds aan de diaree maar de misselijkheid is weg. Ik zit me alleen rot te hoesten en hierdoor raak ik mijn stem kwijt. Jan voelt zich ook niet super. Waarschijnlijk hebben we het toch te pakken gekregen tijdens de beklimming naar Machu Picchu. Van de hele dag in bed liggen word je ook niet erg blij dus we hangen wat rond op de Plaza d’Armas, bezoeken een internet café en gaan een hapje eten.
Jan neemt salade, patat en een sappige vleesspies (wat achteraf Corason, oftewel hart van een rund blijkt te zijn) en ik heb een culinair hoogstandje vandaag: droge witte rijst met kaneelthee!
23 Mei 2004 - Pisac & Sacsay Huaman
Tot onze grote opluchting voelen we ons vandaag weer een beetje de oude en na het ontbijt besluiten we om nogmaals de markt in Pisac te bezoeken. We houden een taxi aan en vragen de chauffeur wat het kost om ons daarheen te brengen. Hij mompelt een bedrag maar we begrijpen hem niet goed. Volgens ons zegt hij 15 Sol en ik maak het gebaar met mijn handen. Hij knikt enthousiast en we stappen in.
Na een uurtje rijden komen we in Pisac aan en als Jan de chauffeur zijn 15 Sol geeft begint deze tegen te sputteren. Hij heeft het nu in ene over 50 Sol, een absurd hoog bedrag want gisteren en eergisteren hadden we een taxi die ons voor 30 Sol naar Ollantaytambo bracht wat zelfs nog een stuk verder ligt dan Pisac. Vooruit, Jan geeft de chauffeur 20 Sol, maar deze houdt voet bij stuk. Hij wilt 50 Sol hebben. Jan raakt geïrriteerd, het gaat niet zo zeer om het geld maar om het principe. Deze chauffeur bedondert ons, 15 vingers zijn wereldwijd 15 vingers, dus ook hier in Peru! Jan is het nu echt zat en stelt voor om naar de politie te gaan.
|
Hij stapt uit en ik wil volgen maar plotseling begint de taxi te rijden terwijl ik er nog in zit! Ik raak in paniek, geen haar op mijn hoofd die er aan denkt om met deze man mee te gaan terwijl Jan verderop op straat staat. Ik gooi mijn portier open en zonder te kijken of er wat aan komt spring ik naar buiten.
Het gebeurt allemaal in een fractie van een seconde en tot mijn schrik knalt de deur tegen een voorbijrijdend busje aan. Ik zie dat de taxi geen schade heeft en loop snel naar Jan toe. Samen gaan we naar de politie. Deze heren spreken echter geen woord Engels en met ons gebrekkige Spaans is het moeilijk om uit te leggen wat er gebeurt is. |
Ik blader door mijn taalgidsje op zoek naar bruikbare zinnen maar zoals verwacht staan die er niet echt in. Er zijn blijkbaar weinig toeristen die werk maken van dit soort “oplichtingpraktijken”.
Inmiddels komt de taxi chauffeur ook bij ons staan en hij vertelt de politie zijn versie van het verhaal. Daar zijn we niet zo blij mee want die zal wel veel verschillen met die van ons!
De chauffeur wijst naar mij en heeft het over schade maar ik weet zeker dat zijn auto deur er nog steeds hetzelfde uitziet als gisteren. Met zijn allen lopen we naar de taxi toe en zoals verwacht is daar niks aan te zien. Er staat echter een busje naast geparkeerd die wel schade heeft, er zit een grote kras op van ongeveer 30 cm. Ik moet even slikken en voel me nu wel heel erg stom. Wat nu? Ik kijk Jan aan, dit wordt betalen. Hier in Peru doen ze namelijk niet aan auto verzekeringen. Inmiddels staat er een hele kring nieuwsgierige Peruanen om ons heen, sensatie in het dorp!
De politieman en de eigenaar van de bus zijn druk in gesprek en dan draait de agent zich naar ons toe en zegt dat alles geregeld is als we de eigenaar $ 20,00 geven. OK, prima.
Jan haalt het geld tevoorschijn en als hij dit wilt geven schudt de man zijn hoofd. Het bedrag is nu verhoogt naar $ 30,00. Ik protesteer en zeg tegen de agent dat hij zojuist zei dat we
$ 20,00 moeten betalen. De agent kijkt verontschuldigend, dat was ook zo, maar ja, nu is het $ 30,00 dollar geworden, dus….tsja, hij kan er ook niks aan veranderen.
Jan tovert een biljet van 100 sol (ongeveer $ 26,00) tevoorschijn en geeft dit aan de gedupeerde man. Zo is het goed. We geven elkaar een hand en dit probleem is opgelost. Dan probleem nummer 2, ons geschil met de taxichauffeur. De agent bemiddelt en uiteindelijk moeten we 30 sol betalen. Dat doen we direct, zijn we van alle ellende af. We kletsen nog wat na met de agent.
Hij wilt alles van ons weten, is zeer geïnteresseerd in ons taalgidsje en vertelt dat hij eigenlijk toeristen politie wil worden in Cusco maar niet aangenomen is omdat hij slecht Engels spreekt.
Als we van de schrik bekomen zijn gaan we eindelijk de markt bezoeken. We slenteren wat rond en kopen souvenirs voor het thuisfront. Als we bij de kerk aankomen blijkt dat we net een processie hebben gemist maar de “deelnemers” staan hier nog wel, oude heren, die burgemeesters van omliggende dorpen blijken te zijn. Ze zijn mooi gekleed in kleurige gewaden.
We ploffen neer op een bankje en kopen hier een Peruaanse specialiteit: een warm uienbroodje wat in een oude leemoven wordt gebakken. Terwijl we dit opeten kijken we naar 3 Peruaanse meisjes die hier aan het spelen zijn. Ze zijn een jaar of vier en het zijn echte donderstenen! Ik maak een foto van ze en laat ze het resultaat zien achter op mijn camera. Dat vinden ze mooi en ik moet nog meer foto’s maken.
Giechelend poseren ze en ze prikken met hun vinger naar mijn lens. Ze hebben dikke pret en een van de meisjes pakt mijn hand vast en neemt me mee naar haar moeder zodat zij de foto’s ook kan zien.
Erg leuk en ik vind het jammer dat ik geen polaroid camera bij me heb, hadden we ze een foto kunnen geven. |
|
‘S middags nemen we een taxi terug richting Cusco. Als we langs de politie post rijden zie ik “onze” agent weer staan. Hij heeft ons ook in de gaten en zwaait uitbundig. Achteraf kunnen we er wel om lachen, zo hebben we weer wat meegemaakt vandaag... alhoewel het een "duur" uitstapje was zo. De taxi zet ons of bij de ruines van Sacsaihuan, ook wel Sexy Woman genoemd door de Engelssprekende Peruaanse gidsen. Dit zijn de ruines van een oude Inca vesting. We verbazen ons weer over de bouwstijl van de Inca’s. Hoe kregen ze het toch voor elkaar?
|
Plotseling horen we getrommel en we kijken rond waar het vandaan komt. Op een heuvel zien we een Indiaanse man staan, hij heeft een kleine handtrommel en begint ook te zingen.
Hij staat daar helemaal alleen en wij luisteren, we zien donkere grijze wolken op de achtergrond en een aparte avondzon die de ruines en de bergen verlicht. Dit geeft het complex wel iets heel mysterieus….
|
24 Mei 2004 - Cusco - San Blas & Corichanco
We hebben lekker weer eens uitgeslapen, wel tot 8.30 uur, ons nieuwe record! Vandaag blijven we in Cusco want er valt nog genoeg te zien. We vereren Corichanco met een bezoekje. Dit is een koloniale kerk wat gebouwd is op de restanten van het belangrijkste gebouw ooit in het Inca tijdperk, de Zonnetempel.
Hierna gaan we naar San Blas. Dit is een mooie oude kunstenaarswijk vol smalle steile straatjes en restanten van oude Inca muren. Het stikt hier van de ateliers waar mensen hun zelfgemaakte schilderijen, kleding, sieraden etc. proberen te verkopen. Hier blijven we de rest van de dag rondhangen.
In de avonds verwennen we ons zelf eens goed. Voor het eerst in deze vakantie gaan we eten in een chique restaurant. We bestellen 2 glazen Chileense wijn. |
|
Je vindt hier niet veel wijn, de mensen in Peru zijn bierdrinkers en de wijn die ze hebben is duur omdat die geïmporteerd wordt uit Chili en Argentinië. Ons voorgerecht bestaat uit een salade van aardappel, uien, garnalen en krab. Daarna kiezen we voor een strogonoff Alpaca met gebakken champignons en we nemen cappuccino toe. Het smaakt voortreffelijk en een muziekgroep zorgt voor de echte Peruaanse sfeer.
25 Mei 2004 - Moray, Maras zout-terrassen
Vandaag hebben we een privé taxi geregeld voor 6 uurtjes voor slechts $ 20,00. Onze chauffeur blijkt een aardige man te zijn die veel van de omgeving afweet. Hij spreekt een beetje Engels, wij een beetje Spaans dus het communiceren lukt deze keer wel aardig. Via een mooie toeristische route rijden we naar het dorpje Maras. Onderweg lijkt het of de tijd heeft stilgestaan. Boeren zijn op het land met hun stieren aan het ploegen, kleine meisjes lopen met kuddes schapen en lama’s en we passeren zwaarbepakte ezeltjes.
We bekijken de cirkelvormige Incaterrassen bij Moray. Onze gids vertelt ons dat de Inca’s deze terrassen gebruikten als een soort mini laboratorium. Iedere cirkel lag op een andere hoogte en had zijn eigen microklimaat. Zo kwamen de Inca’s er precies achter waar ze welke aardappelsoorten moesten verbouwen. Slimme jongens, die Inca’s! Over aardappelen gesproken, in Peru zijn ruim 200 verschillende aardappelsoorten. Hoe hoger ze worden verbouwd, hoe zoeter ze smaken. De aardappel komt oorspronkelijk uit Zuid Amerika vandaan, het zijn de Spanjaarden die ze hebben meegenomen naar Europa.
|
Via een gravelweg vol gaten en kuilen rijden we verder naar de zoutpannen van Salinas. Omgeven door hoge groene bergen vind je hier ruim 3000 zoutterrassen die al sinds de Inca tijd in gebruik zijn. Het zout komt uit een natuurlijke bron met verwarmd water. Het is een heel bijzonder gezicht om al die zoutpannen te zien.
Afhankelijk van hoe lang ze al liggen te drogen hebben de terrassen diverse kleuren zoals bruin, geel en wit. Er zijn mensen aan het werk. Ze schrapen het zout bij elkaar, verpakken het en tillen de zakken die maar liefst 50 kilo per stuk wegen, op hun blote voeten naar boven. Hiervandaan wordt het zout met behulp van ezels verder getransporteerd. |
Erg
indrukwekkend om te zien. Hierna rijden we weer terug naar Cusco en daar nemen afscheid van onze aardige gids.
26 Mei 2004 - Cusco - Plaza d'Armas
Onze laatste echte vakantiedag in Cusco en dat gaat gepaard met gemengde gevoelens.
Aan een kant is het een fijn idee om weer naar huis te gaan, daar hebben we weer alle luxe en privacy in ons eigen huisje. Aan de andere kant willen we eigenlijk helemaal niet weg.
We lopen naar de Plaza D’armas en komen terecht in een soort demon-stratie. Honderden kinderen lopen met ballonnen in de hand en houden spandoeken en borden omhoog waarop diverse leuzen staan zoals “onderwijs is de toekomst”.
Ze worden begeleid door een drumband. Mensen applaudiseren als de kinderen voorbij lopen en er lijkt geen einde aan de stoet te komen.
We ploffen neer op ons favoriete plein en kijken in de rondte. Er valt hier altijd wel wat te zien en te beleven.. Er trekt een begrafenis stoet voorbij. Mensen gekleed in zwarte gewaden tillen een lijkenkist en lopen zo dwars door de stad heen. |
|
Een kleine jongen komt naar ons toe en vraagt of we ansichtkaarten willen kopen. Terwijl ik er een paar bekijk rukt hij in ene de stapel uit mijn hand en rent weg want oom agent is al fluitend in de aantocht en het is verboden om hier “te handelen” . Een klein meisje verderop probeert duivenvoer te verkopen. Ze loopt op een paar toeristen af maar die gunnen haar geen blik waardig en doen alsof ze een eng insect is. Ik wenk haar en geef haar 1 Sol. Ik zeg dat ik 1 zakje duivenvoer wil hebben en dat ze de rest mag houden. Voor 1 Sol krijg je normaal gesproken 3 zakjes voer en die geeft ze nu ook aan mij. Ik wil ze terug geven maar ze weigert, het is haar eer te na. Ik moet slikken en heb bewondering voor haar.
Een oude man komt naast ons zitten. Hij bekijkt ons eens van top tot een en zegt dat het frio (koud) is. We knikken dat we het met hem eens zijn. Hij laat zien wat hij allemaal aan heeft: een hemd, een shirt, een overhemd en een trui. Dan wijst hij naar ons, wij hebben alleen maar een t-shirt aan en weer herhaalt hij de woorden frio. Hij is het duidelijk niet met onze kledingstijl eens. Om hem een plezier te doen trekken we onze mooie warme lama truien aan. Hij knikt tevreden en wandelt daarna weer verder.
Wat later komt er een jongen naar ons toe. Hij is een jaar of veertien en vraagt waar we vandaan komen. Zodra hij hoort dat we Nederlanders zijn tovert hij wat Nederlandse zinnen uit zijn mond. Het klinkt erg grappig. We zijn verbaasd en vragen hoe hij aan die wijsheid komt. Hij haalt een schriftje tevoorschijn en als ik er doorheen blader zie ik zinnen in allerlei talen staan. Van Chinees tot Israëlisch van Frans tot Duits. De jongen vertelt dat hij uit Lima komt, dat hij daar een cursus Engels heeft gevolgd en dat hij nu voor 2 maanden in Cusco is. Hij wilt graag reisbegeleider worden maar hij heeft geen mogelijkheid om naar school te gaan. Vandaar dat hij hier op straat toeristen aanspreekt en zo probeert hun taal te leren.
Nu werkt hij als afwashulp in een restaurant hier in Cusco en in ruil daarvoor krijgt hij eten en onderdak. Straks wil hij gaan rondreizen hier in Peru zodat hij toeristen kan informeren en begeleiden. Hij is zeer geïnteresseerd in Europa en weet ook veel te vertellen over de rest van de wereld terwijl hij nog nooit buiten Peru is geweest. Als Jan hem een paar Eurocent geeft is hij als een kind zo blij, dit komt bij zijn buitenlandse munten verzameling! Natuurlijk moeten we hem nog wat Nederlandse zinnen leren, eerder mogen we niet weg. Deze jongen komt er wel!!!
Dan heel plotseling bekruipt me een misselijkheidgevoel. Ik walg even van Nederland en al dat materialistische gedoe. Wij hebben alles wat we ons maar kunnen wensen en nog hoor je iedereen klagen. Mensen willen meer, meer, meer. Meer geld, een grotere auto, duurdere merkkleding, een ruimer huis. En dat willen ze vooral aan iedereen laten zien. Maakt dit nu echt gelukkig? Daar geloof ik niks van! Hier in Peru heb ik mensen gezien die weinig bezitten, een grote groep mensen leeft hier onder de armoede grens. Maar het lijkt alsof de mensen hier veel gelukkiger zijn, veel intenser leven. Ze zijn bereid om te delen, elkaar te helpen en gaan op een respectvolle manier met elkaar om. Waarom kunnen wij dat niet? Zo moeilijk is het toch niet.......
Het is duidelijk dat Peru wat met je doet. We hebben zoveel aardige, trotse, vriendelijke, Peruanen ontmoet, ondanks dat ze in armoede leven en hard werken voor hun bestaan. We willen ze zo graag helpen, maar dat is niet zo eenvoudig. Je kan de wereld niet veranderen, al zou je het nog zo graag willen. Je kan het alleen maar accepteren, het is nu eenmaal zo.
Deze reis heeft ons meer dan voorgaande reizen aan het denken gezet. Je kijkt anders tegen je eigen leven aan, je waardeert veel meer wat je thuis hebt en neemt niet alles als vanzelfsprekend aan…..
27 Mei 2004 - Op weg naar huis....
Om half 7 staat onze taxi voor de deur. Het is dezelfde man die ook met ons meegeweest is naar Salinas en Moray. We gooien onze backpacks achterin en dan rijden we richting vliegveld. Het is fris maar in Nederlandse begrippen valt het wel mee. Onze chauffeur heeft handschoenen aan en mompelt maar steeds dat het frio is. De autoramen beslaan en Jan draait het raampje open. Onze chauffeur roept dat hij gek is en dat het raampje weer dicht moet. Zo koud is het nu ook weer niet hoor…..
Na een kwartiertje zien we een grote menigte op straat staan. De taxi stopt. De weg naar het vliegveld is geblokkeerd en we kunnen niet verder rijden. Alle auto’s worden tegengehouden. Jan en ik stappen uit, dat wordt lopen. We voelen ons niet helemaal veilig; zo meteen vliegt de mensenmassa op ons af. Onze taxichauffeur loopt gelukkig met ons mee. Het valt allemaal mee, we kunnen er zo langs en binnen een paar minuten zijn we al op het vliegveld.
Hier moeten we 2 uurtjes wachten en dan vliegen we met Lan Peru naar Lima, een vlucht van een uurtje. Dan begint het lange wachten. We moeten ons 12 in Lima zien te vermaken, dan vliegen we in 7 uur naar Atlanta waar we 2 uur moeten wachten. Hiervandaan nemen we een vlucht naar New York. Daar wachten we ruim 7 uur en dan stappen we eindelijk in het vliegtuig richting Amsterdam, nog eens 9 uur vliegen. In totaal zijn we ruim 40 uur onderweg en we zijn echt helemaal gesloopt als we in Nederland aankomen. We zijn weer thuis!
|